Voelen en de complexiteit ervan in Codependentie patronen

Hoe we opgroeien met Codependent: Voelen en de complexiteit ervan in Codependentie patronen

Als het goed is leren we in de loop van ons jonge leven dat we door te voelen weten wat we willen. En door te voelen leren we en weten we wat onze grenzen zijn.

In codependentie patronen is dat vaak lastig.

Hier zijn meerdere verklaringen voor:
1. Als het voelen is afgekeurd door iemand anders (“je bent wel erg gevoelig”); dan voelt dat als een afwijzing. We leren ons eigen gevoel te bekritiseren en wijzen het vervolgens zelf af.
2. We gebruiken onze sensitiviteit vooral om te voelen wat er bij de ander gebeurt en wat er nodig is om daar iets op te lossen of veilig te houden. Ons eigen gevoel wordt dan ondergeschikt aan dat van de ander.

Een praktijkvoorbeeld

Ze moet een jaar of 9 geweest zijn toen ze haar eigen zolderkamer kreeg. Marissa (niet haar echte naam) heeft deze herinnering als we met het innerlijke kind werken. Haar vader had de prachtige kleur groen, die ze met zorg zelf had mogen uitzoeken, zonder overleg vermengd met een grote emmer witte verf. Waar ze zoveel schoonheid had gevoeld voor de groene kleur, voelde ze nu afschuw voor dat vale goedje dat het resultaat was. Toen ze huilend aan haar vader probeerde te vertellen dat ze zo teleurgesteld en verdrietig werd van het verlies van haar “groen”, kreeg ze te horen dat het gewoon beter was zo en dat ze niet zo gevoelig moest zijn. Er waren ergere dingen in de wereld. En natuurlijk gaf ze haar vader gelijk. De kindertjes met honger en zonder eigen huis hadden het pas echt erg. Er kwam een gevoel van schaamte in haar op omdat ze zich verdrietig voelde over de kleur die haar gewenste kleur niet meer was terwijl zij zelfs een eigen kamer had.

Met die overtuiging verdroeg ze de vale kleur op de muur en richtte ze al haar pijlen op de rest van haar nieuwe kamer. In een tijdschrift had ze gezien dat ze schilderijtjes op een plank neer hadden gezet in plaats van ze op te hangen. Ze zag het al helemaal voor zich zo op dat plankje; dat lijstje met een vaasje in dezelfde kleuren en haar favoriete boeken ernaast. Ditmaal mengde haar moeder zich in dit plan; zij hamerde zonder overleg een spijker in de muur, nam het lijstje van de plank en hing het op. Een eigenwijs deel van Marissa haalde het lijstje van de spijker en zette het terug op het plankje. Ze liet zich niet een tweede keer het plezier van het inrichten van haar kamer ontnemen.

Rond etenstijd voelde ze haarfijn aan dat er iets met haar moeder aan de hand was. Zorgzaam en waakzaam als ze altijd was, vroeg ze er naar. En ja; er was zeker wat aan de hand, vertelde haar moeder met verdrietige stem en tranen in haar ogen. Marissa had haar verdriet gedaan door dat lijstje weer terug te zetten op het plankje. Ze had toch met de beste bedoelingen dat lijstje opgehangen en zo was het toch veel mooier? Even voelde Marissa het onrecht en daarna kwam het akelige gevoel van schuld. Hoe kon ze zo egoïstisch zijn en waarom moest ze haar moeder dit aandoen voor zo’n stom lijstje? Haar “sorry” vond geen landing en daar zat ze met zichzelf; verlaten, schuldig en in haar eigen ogen “een slecht kind”.

Als we dit stelselmatig ervaren als we jong zijn, dan leren we af om te voelen wat we zelf willen. Want wat we zelf willen heeft een prijs. Het verdriet en gevoel van eigenheid van Marissa werden behangen met een laag schuld en zelfafwijzing. En bovendien met een groot gevoel van eenzaamheid want er was geen veilige plek meer om te delen hoe ontdaan ze was. Als je dit zo leert, dan neem je dat mee in de relaties die je later aangaat.

Hulp bieden

Als hulpverlener kun je de neiging hebben om het pleasen, redden, inschikken, de ander oprecht gelijk geven te willen “behandelen”. De kans is groot dat dit maar een matig effect heeft omdat het onderliggende gevaar te groot is om het gedrag te veranderen. Die leegte, eenzaamheid en/of schuld weer te gaan voelen door wel je mening te geven, of je grenzen aan te geven, zetten alle alarmbellen in ons zenuwstelsel aan. Daarom richt ik de aandacht in therapie op de volgende zaken:

1. Ontdekken en ervaren hoe jouw zenuwstelsel signalen afgeeft als je in gevaar bent en hoe jouw respons daarop is.
2. Jouw overleefdelen (als de pleaser, redder, aanpasser) leren kennen en hoe ze jou proberen te beschermen.
3. Leren voelen en ontdekken wat er beschermd moet worden.
4. Onderzoeken hoe je onderliggende gevoelens als volwassen mens wel kunt dragen of steun kunt zoeken om hier mee om te leren gaan (zodat je er niet meer alleen mee bent).
5. Ontdekken dat jij je daarna vrijer voelt omdat je nu je eigen gevoelens en behoeftes kunt erkennen en er voor kunt zorgen als dat nodig is.

In deze blog heb ik voorbeelden laten zien van triggers die we zo op het eerste oog niet als traumatiserend zouden bestempelen. Toch is het vaak het gedrag in relaties (gebaseerd op de herinneringen aan deze gebeurtenissen) die getuigen van de impact die het heeft gehad op jou als kind. Als we er nu met volwassen ogen naar kijken dan zouden we kunnen constateren dat er “ergere dingen in de wereld zijn dan de verkeerde kleur verf of een lijstje dat staat of hangt”. Toch zit daar nu precies het leed en herhalen we eigenlijk wat we ooit gehoord hebben van onze opvoeders. Dit is niet belangrijk. Als het stelselmatig gebeurt leert jouw systeem wel degelijk dat “jouw gevoelens en niet toe doen” of “dat je te gevoelig bent”.

Als we dit stelselmatig ervaren als we jong zijn, dan leren we af om te voelen wat we zelf willen. Want wat we zelf willen heeft een prijs.

Hartenweg
Heb je een vraag of wil je een kennismakingsgesprek?
Neem dan contact met mij op
Maak afspraak! Maak afspraak! Hartenweg