Hoe werkt de Polyvagaal theorie?

De Polyvagaal theorie geeft ons inzicht in de werking van ons autonome zenuwstelsel en helpt ons te begrijpen welke invloed het heeft op ons hele systeem. Deze blog geeft informatie over hoe ons lichaam omgaat met stressvolle situaties en het herstel daarvan.

De Polyvagaal theorie uitgelegd

De Polyvagaal theorie, ontwikkeld door Steven Porges, gaat ervan uit dat ons zenuwstelsel verschillende overleefstrategieën inzet wanneer we stress ervaren. Het komt erop neer dat ons automatische (autonome) zenuwstelsel een belangrijke rol speelt in ons gevoel van veiligheid en onveiligheid. En levensreddende impulsen geeft wanneer we in (levens)gevaar zijn.

Het is een oud deel van onze hersenen waarin dit autonome zenuwstelsel zijn oorsprong vindt; in het reptielen- en zoogdierenbrein. Het zorgt voor de automatische processen in ons lichaam zoals bijvoorbeeld de temperatuurhuishouding, de werking van het hormoon- en zenuwstelsel, onze spijsvertering, bloeddruk en hartslag. We hebben over het algemeen niet veel over deze werking te vertellen omdat er meestal geen bewustzijn is over de werking ervan en het zonder inmenging van onze wil doet wat het moet doen om ons zo veilig mogelijk te houden. Het reageert op basis van alle zintuiglijke waarnemingen en interne terugkoppelingen zoals bijvoorbeeld van onze hormonen. Hoe ons zenuwstelsel is afgesteld is erg persoonlijk en wordt mede bepaald door aanleg, maar ook door (vroegkinderlijke) ervaringen.

Er zijn, binnen het autonome zenuwstelsel, twee zenuwbanen die een bepalende functie hebben; enerzijds de sympathicus, een soort gaspedaal dat ons tot actie aanzet, anderzijds de parasympathicus (weer verdeeeld in twee verschillende takken) die een remmende functie heeft. Aan de veilige kant van dit zenuwstelsel gaan we van een veilige, verbonden en creatieve staat (centrale deel van de parasympathicus) naar beweging (werk, dansen, sporten enzovoort). Daar is de sympathicus aan zet. Na gedane arbeid zorgt de parasympathicus dat we kunnen ontspannen, opladen en herstellen.

schematische weergave Polyvagaal theorie

Bron afbeelding

Voor de uitgebreide theorie van de Polyvagaal theorie verwijs ik graag naar de diverse boeken die erover geschreven zijn. Hieronder werk ik beknopt de twee manieren uit waarop onze autonome zenuwstelsel te werk gaat volgens de Polyvagaal theorie.

Gevaar! Hoe we spanning letterlijk van ons kunnen afschudden

Als we in een onveilige situatie dreigen te belanden dan is er vanuit die veilige verbonden staat eerst alertheid. We oriënteren ons waar het gevaar mogelijk vandaan kan komen. We kijken daarbij ook naar wat andere mensen in onze omgeving doen (we zijn nog verbonden). Blijft iedereen rustig en blijkt er vervolgens niets aan de hand te zijn, dan keren we terug naar onze verbonden en veilige staat van zijn. Is er daadwerkelijke dreiging dan gaat de sympathicus in de vecht- of vluchtstand. Inmiddels weten we dat hier ook de respons van “fawn – aanpassen” bij hoort. Hier hebben we niet veel keus meer. Ons lijf en systeem doen wat het moet doen om het gevaar zo goed mogelijk het hoofd te bieden.
Worden we tegengehouden in deze beweging van vluchten, vechten of aanpassen of als de situatie echt levensbedreigend wordt, dan komen we in het dorsale deel van de parasympathicus terecht door te bevriezen en daarna te verslappen (immobiliteit). Ons bewustzijn vernauwt steeds verder tot een minimale activiteit om onszelf zo lang mogelijk in leven te houden en waar mogelijk iedere kans te kunnen benutten om onszelf alsnog te redden.

Denk aan de antilope die vanuit de veiligheid van de kudde moet vluchten voor een aanval van de leeuw, wordt gegrepen (bevriezing) en verslapt als het in de bek van de leeuw wordt meegenomen (immobiliteit). Op het moment dat de leeuw afgeleid wordt door een ander jachtdier, verslapt de aandacht voor de prooi zelf. Deze verslapping kan voor de antilope genoeg zijn om uit de immobiliteit te komen, te ontsnappen en opnieuw te vluchten (rennen). Als de zelfredding gelukt is en de kudde weer compleet is, dan reguleert de kudde samen in verbinding en het gevoel van hervonden veiligheid. Vaak zie je dat dieren (af)schudden of trillen. Dit zien we ook terug bij mensen, die kunnen trillen of beven na afloop van een spannende situatie.

Peter Levine (onder andere van ‘de Stem van het Lichaam’) zegt daarover dat het een reactie is op de opgebouwde spanning in het lijf, die niet gebruikt is of kon worden gebruikt. Door te trillen en te beven ontladen we van deze energie en wordt deze spanning losgelaten. Als we dat tegenhouden dan slaan we deze spanning op in ons lichaam met alle mogelijke gevolgen van dien.

In het voorbeeld van de antilope laat de dierenwereld zien hoe we ook als mens herstellen na gevaar en stress; de staat waar we vandaan komen is ook weer de richting om te herstellen. Dus van de immobiliteit komen we weer in beweging, we worden alert en kunnen ons oriënteren. Van daaruit verbinden we ons opnieuw met andere mensen en ervaren we opnieuw verbondenheid en veiligheid.

Veilig of toch niet? Hoe schijnveiligheid ons niet laat ontspannen

Als ons zenuwstelsel aan de veilige kant zit, dan is er vaak geen reden om hier iets aan te willen veranderen of hier over na te denken. Toch kan het heel helpend zijn om te weten en te leren voelen of we in een flow aan het werk zijn (veilige sympathische activiteit) of dat we bijvoorbeeld in angst voor het oordeel van onze baas uren doorgaan om een project af te ronden. Ook hier is de sympathicus aan het werk, maar er worden veel meer stresshormonen geproduceerd waardoor ons systeem het gevoel van onveiligheid herkent. Deze stresshormonen hebben effect op de toegang tot onze capaciteiten in onze hersenen maar kunnen ook bijdragen aan piekeren en een gevoel van frustratie.

Als we na zo’n inspanning, die met veel frustratie en stress gepaard is gegaan, weer willen opladen door rust te nemen dan gaat dat simpelweg niet. Ons zenuwstelsel moet zich eerst weer veilig voelen. We moeten eerst reguleren; zelf of in verbinding met een ander. Spanning die er mogelijk nog in ons lijf is mag daarna afgevoerd worden door bijvoorbeeld te wandelen of in de natuur te zijn. Pas daarna hebben we toegang tot de veiligheid van opladen en uitrusten.

Peter Levine leert ons hoe we in de praktijk met de kennis van deze Polyvagaal kunnen werken. Om te herstellen en daarmee te voorkomen dat we een spannende of stressvolle situatie omzetten in traumatische gebeurtenissen. Op het werk, in omgang met familie en in de liefde. Daarover in de volgende blog meer.

Voel je spanning, stress of pieker je veel en lukt het je niet om te ontspannen? Maak dan een afspraak om te onderzoeken wat jij nodig hebt om je weer veilig en verbonden te voelen.

De dierenwereld laat zien hoe we ook als mens herstellen na gevaar en stress. Door weer in beweging te komen, alert te worden en ons opnieuw te verbinden met anderen.

Hartenweg
Heb je een vraag of wil je een kennismakingsgesprek?
Neem dan contact met mij op
Maak afspraak! Maak afspraak! Hartenweg