Hechting en jouw ontwikkelingsproces

Onderzoek naar hechting bij kinderen is pas gestart in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw. John Bowlby en Mary Ainsworth hebben aangetoond hoe belangrijk hechting is in het ontwikkelingsproces van het kind om uit te groeien tot een autonoom en authentiek volwassen mens. Hechtingsprocessen zijn complex en van veel factoren afhankelijk.

In dit artikel zal ik me beperken tot een paar concrete zaken.

  1. Veilige hechting
  2. Onveilige hechting
  3. Vermijdend gehecht
  4. Angstig gehecht

1. Veilig hechting

Om veilig te kunnen hechten is het nodig dat de behoeftes van jou als kind gezien en erkend worden. Je krijgt daardoor vertrouwen dat jouw gevoelens er mogen zijn en dat er rekening mee wordt gehouden. Als kind leer je in de verschillende fases van je ontwikkeling te communiceren over de behoeftes die je hebt en voel je jezelf veilig om grenzen aan te geven. Je leert van je ouders of verzorgers hoe je met verdriet om kunt gaan en ze beschermen je tegen onveilige situaties. Met die basis leer je ook om relaties aan te gaan. Met een veilige hechting ontwikkel je een goede eigenwaarde waardoor je ook in relaties je eigen behoeftes en gevoelens erkent en grenzen aan kunt geven. Veilig gehechte mensen trekken vaak andere veilig gehechte mensen aan.

  • Er is oog voor de behoeften van het kind.
  • De behoeftes van het kind zijn erkend en er is naar gehandeld.
  • Het kind mag zichzelf zijn (authenticiteit).
  • Er is aandacht voor grenzen, veiligheid, rust en regelmaat.
  • Er is aandacht voor stimulans en uitdaging die pas bij de ontwikkeling van het kind.

2. Onveilige hechting

Hoewel vrijwel alle ouders met de beste intenties zorgen voor hun kinderen, is het goed voor te stellen wat er allemaal mis kan gaan in de hechting van het kind. Zijn ouders wel beschikbaar? Is er een andere veilige en stabiele opvoeder die de rol van de ouder kan overnemen? Onverwerkte trauma’s of onbewuste hechtingsproblematiek van de ouders of externe factoren kunnen onbedoeld invloed hebben op de hechting.

Gelukkig is het niet zo dat onveilige hechting meteen leidt tot psychopathologie. Veel kinderen en volwassenen met een onveilig hechtingssysteem zijn goed in staat om zelfstandig te functioneren en hun leven vorm te geven. Vaak spelen er wel thema’s die lastig kunnen zijn. Codependentie is daar een voorbeeld van. Want met dit patroon heb je juist niet geleerd dat jouw gevoelens en emoties er mogen zijn en heb je er waarschijnlijk ook niet goed over leren communiceren. Dat dit van invloed kan zijn op je relaties mag duidelijk zijn (zie ook het artikel “wat is codependentie”).

Er zijn kort door de bocht twee onveilige hechtingspatronen:
1: je leert vanuit je overlevingsstrategie jouw gevoelens te vermijden.
2: je leert vanuit angst jouw behoeftes te ontkennen

3. Vermijden

Doordat er te weinig of geen aandacht is voor jouw behoefte als kind, leer je dat je de ander niet kunt vertrouwen. Daarmee leer je ook dat je voor jezelf moet zorgen en ontstaat de overtuiging dat je alleen op jezelf kunt vertrouwen. Je lijkt gevoelloos voor de aanwezigheid van een ouder of opvoeder maar uit onderzoek blijkt dat jij als kind wel degelijk (lichamelijke) stress hebt. Je leert deze stress niet bewust waar te nemen, waardoor ook in jouw volwassenen leven geen referentie is aan deze gevoelens. Je neemt ze niet waar. Je hebt eenvoudig weg niet geleerd om ze te voelen.

Vermijdend gehechte mensen nemen deze overlevingsstrategie mee in hun relaties.
Dat gaat vaak gepaard met de volgende interne processen:

  • Ze proberen te krijgen wat ze nodig hebben in de relatie maar blijven op afstand van de ander.
  • Door controle te houden over de relatie wordt de afstand geborgd.
  • Letterlijk vermijden van een diepgaande verbintenis. Bindingsangst.
  • Negatieve verwachting van relaties met anderen.
  • Gevoelens van angst, afwijzing of verlating worden niet bewust gevoeld of onderdrukt.

Wat doet iemand met een vermijdende hechtingsstijl:

  • Iemand spreekt zich niet uit, blijft vaag en houdt alle opties open.
  • Vermijden van conflicten of confrontaties.
  • Oplossingen van conflicten of confrontaties liggen in “doen” in plaats van in “voelen”.

Wat zegt iemand met een vermijdende hechtingsstijl:

  • Ik heb geen relatie nodig. Ik hou van mijn rust.
  • Ik ben graag onafhankelijk en zorg goed voor mezelf.
  • Mensen claimen zo vaak, ze willen altijd meer.
  • Ik ben niet handig met andere mensen.
  • Ik voel me alleen in gezelschap of in relaties
  • Ik vind het lastig om anderen te vertrouwen. Uiteindelijk moet je het toch zelf doen in het leven.

4: Angstige hechtingsstijl

Een angstige hechtingsstijl kan ontstaan doordat ouders of opvoeders onvoorspelbaar zijn in hun zorg die niet aansluit bij de behoeftes van jou als kind. Overbezorgdheid kan de ontwikkeling van jou tegengaan doordat steeds ongevraagd hulp wordt aangeboden. Soms wordt het zelfvertrouwen of de autonomie nog extra ondermijnd door dat er opmerkingen worden gemaakt zoals “je bent te dom”, “dat kun je nog niet”, “je maakt er een rotzooi van”, “waarom doe je nooit wat ik van je vraag”. Het kan ook zijn dat ouders niet (altijd) in staat zijn om op te treden als ouder. Door eigen hechtingstrauma’s maken ze jou te vroeg of te jong verantwoordelijk voor taken die bij de ouder horen (parentificatie) waardoor jij voor de ouder gaat zorgen.

Door in te tunen op de verwachtingen van ouders of opvoeder, probeer je als kind grip te krijgen op de verwachtingen die er zijn en pas je je aan om zo de hulp en steun te waarborgen die je nodig hebt voor je eigen ontwikkeling. Je leert daarmee indirect dat je niet in staat bent om de uitdagingen van het leven aan te kunnen en dat je niet waardevol genoeg bent om van te houden zoals je bent.

Angstig gehechte mensen nemen deze overlevingsstrategie mee in hun relaties.
Dat gaat vaak gepaard met de volgende interne processen:

  • De relatie te controleren door het gevoel en de emotie van de ander in te schatten en daarop te anticiperen. Met als doel aandacht te krijgen die nodig is om de angst te reguleren.
  • Verlatingsangst die zich uit in angst of boosheid.
  • Continue evaluatie van de relatie; Is de relatie veilig? Gaat het goed?
  • Sterke afhankelijkheid van de ander.
  • Gevoel van hulpeloosheid.
  • Matig gevoel van eigenwaarde.

Wat doet iemand met een angstige hechtingsstijl

  • Pleasen.
  • Zorgen voor de ander in de hoop dat de ander zorgt voor jou.
  • Claimen of kinderlijke afhankelijkheid tonen.
  • Aandacht opeisen uit angst voor verlating of afwijzing.
  • Vragen om bevestiging.

Wat zegt iemand met een angstige hechtingsstijl:

  • Ik doe teveel mijn best.
  • Ik pas me altijd aan.
  • Ik kan het niet alleen. Ik heb een partner nodig om me veilig te voelen.
  • Niemand geeft echt om mij.
  • Ik wil graag echte verbinding voelen maar heb het idee dat andere mensen dat niet met mij willen of kunnen.

Ben jij onveilig gehecht en wil je weten wat je daaraan kunt doen?

De scheidslijn tussen de twee soorten onveilige hechting is niet altijd zo duidelijk aan te geven. Het kan goed zijn dat je in de ene situatie bang bent dat je verlaten wordt en je angst hebt voor de eenzaamheid terwijl je op een ander moment de bindingsangst voelt omdat iemand je claimt. Soms wisselen de patronen zich in een relatie af.
Herken jij een patroon van onveilige hechting? Belemmeren ze jou om de relatie te hebben zoals je die graag zou willen? Dan is dit misschien wel het goede moment om contact op te nemen met mij. Samen onderzoeken we dan hoe jij jezelf kunt zijn of blijven in een gezonde relatie.

Veilig gehechte mensen trekken vaak andere veilig gehechte mensen aan

Hartenweg
Heb je een vraag of wil je een kennismakingsgesprek?
Neem dan contact met mij op
Maak afspraak! Maak afspraak! Hartenweg